Onderzoek en redactie

2011-2013

 

Bekijk de weerhouden gebouwenVan Waversesteenweg naar Montoyerstraat. Na lichte knik ter hoogte van Waversesteenweg loodrecht verloop. Onpare zijde voorbij het park van het Wiertzmuseum ligt op grondgebied van Brussel.

Het straatgedeelte tussen de Montoyer- en Vautierstraat maakte deel uit van het stratenplan van de Leopoldswijk n.o.v. François-Tilman Suys dat werd goedgekeurd bij K.B. van 01.10.1838. De verlening van de straat tot aan de Waversesteenweg kwam er pas bij K.B. van 22.08.1863. Door de reeds bestaande spoorweglijn Brussel-Luxemburg diende men via een knik in de weg aan te sluiten op de steenweg.

Voorheen werd de weg ‘rue du Remorqueur' [Stoomslepersstraat] genoemd, zoals het verlengde van de straat op Brussels grondgebied nog steeds noemt. De straat kreeg haar huidige naam naar aanleiding van het overlijden van schilder Antoine Wiertz in 1865 (zie Vautierstraat).

Wiertzstraat 21, doorsnede van het oorspronkelijk atelier Louis De Coene, GAE/DS 320-21 (1911).

Oudst bewaarde bouwaanvraag van 1861. Oorspronkelijk bebouwd met voornamelijk neoclassicistische burgerhuizen, vaak met achterliggende bijgebouwen of ateliers. Ter hoogte van kruising met Vautierstraat lag een concentratie van industriële panden: op voormalige nr. 32 tot 54 stond de eerste en oudste meubelopslagplaats van België, het imposante Office des Propriétés uit 1875, op nr. 56-58, de smederij Jules Bréart uit de jaren 1890, verder het rangeerstation en ten slotte aan de overzijde, het uitgestrekte complex van de Brasserie Léopold (zie Vautierstraat).
De volledige pare zijde werd vanaf 1987 stelselmatig opgekocht en bouwrijp gemaakt voor de aanleg van zogenaamde Leopoldruimte - gebied tussen het voormalige Leopoldstation en het Leopoldpark – i.o.v. een vennootschap tussen de Holding Generale Maatschappij en de bank Bacob. Zo verrees op de plaats van het rangeerstation en de vroegere brouwerij Leopold de tweede zetel van het Europees Parlement (Atelier Espace Léopold - Michel Boucquillon, 1988-1992), terwijl de pare zijde werd gesloopt voor nieuwe appartementsgebouwen en de spoorweg overdekt werd met een voetgangerszone met beplanting (1994-2004).

Wiertzstraat 21, detail van de reliefs van het hoofdgestel (foto 2012).

Thans rest enkel de onpare zijde met een aaneenschakeling van neoclassicistische burgerhuizen, naast een tweetal bedrijfsgebouwen met name nr. 21. voormalige werkplaats van marmersteenkapper Louis De Coene uit 1911, maar grondig verbouwd, verhoogd en voorzien van reliëfs in hoofdgestel in 1938 en nr. 23-23a, voormalige garages en stapelplaatsen van bouwonderneming M. Vereecken uit 1911 en verhoogd met wooneenheid uit 1921 en met achteraan, dwars op rooilijn gelegen fabriekspand van drie bouwlagen onder afgewolfd schilddak, vermoedelijk uit eind 19e eeuw.
Deze straatwand eindigt in de hoger gelegen en ommuurde tuin van het Antoine Wiertzmuseum (zie Vautierstraat nr. 62-68).

Bronnen

Archieven
GAE/OW Historique des rues (1925).
GAE/DS 21: 320-21; 23-23a: 320-23.
GAE/OW 320.

Publicaties en studies
32 tot 54: Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles. Ixelles, AAM, Brussel, 1980-82, fiche 30.
54-56: Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles. Ixelles, AAM, Brussel, 1980-82, fiche 80.