Onderzoek en redactie

2009-2011

 

Bekijk de weerhouden gebouwenVan de Renbaanlaan naar de Rode-Kruissquare. Ze loopt langs de linkeroevers van de vijvers van Elsene.

Net als de Gulden-Sporenlaan herneemt ze ongeveer het tracé van het voormalige Losgat, een weg die de abdij van Terkameren verbond met het huidige Eugène Flageyplein (voormalig dorp Elsene). Langs deze weg werd het hout van het Zoniënwoud naar Brussel vervoerd. Hij werd in 1700 op last van abdis Isabelle Claire de Grobbendonck bestraat en werd toen de Terkamerenweg en vervolgens de Terkamerensteenweg genoemd.

Ze werd aangelegd in het kader van het Plan d'expropriation par zones pour l'aménagement des abords des étangs et pour l'ouverture de plusieurs rues aboutissant à l'avenue Louise, à la chaussée de Boondael, à la place Sainte-Croix et à l'ancienne abbaye de la Cambre dat werd goedgekeurd bij K.B. van 22.08.1873 (opgesteld door inspecteur der wegen van de buitenwijken van Brussel Victor Besme en directeur van Openbare Werken van Elsene Louis Coenraets). De aanleg van de wegen en de vijvers werd uitgevoerd door de Société de l'Avenue Louise – eigenaar van de terreinen beneden de rotonde van de Louizalaan –, en dit volgens een akkoord met de stad Brussel en de gemeente Elsene, die sinds 1871 de meeste van deze gronden in hun bezit hadden.

[i]Plan vu et approuvé pour être annexé aux délibérations du Conseil communal en dates des 28 janvier et 16 avril 1873[/i], goedgekeurd bij K.B. van 22.08.1873, GAE/OW 296 (1873).

Volgens een wijzigingsplan goedgekeurd bij K.B. van 17.06.1910, werd de strook op de hoek met de Renbaanlaan nadien enkele meter versmald om de aanlegbreedte van de straat te vergroten.

Het was in het kader van deze stedenbouwkundige ingrepen dat de laan haar huidige naam kreeg. Hij verwijst naar de Guldensporenslag die op 11.07.1302 plaats vond op de Groeningkouter bij Kortrijk. Op die dag versloegen de Vlaamse gemeentelijke strijdkrachten de Klauwaarts, met de hulp van Brabanders en de Namenaren, de ridders van de Franse koning Filips IV de Schone. De zegevierende troepen verzamelden de gulden sporen van de in de strijd gedode ridders en namen ze mee als trofee. Deze werden ter versiering opgehangen in de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Kortrijk, maar werden daarna door Frankrijk gerecupereerd en in Dijon bewaard.

Net zoals de andere straten in de wijk van de vijvers, is in deze straat grotendeels de oorspronkelijke architectuur van het begin van de 20e eeuw bewaard gebleven. Deze bebouwing bestaat uit een opmerkelijke opeenvolging van burgerwoningen in eclectische stijl. Naar de in 1873 gesigneerde overeenkomst tussen de gemeente Elsene en de Société de l'Avenue Louise, hebben alle huizen een non-aedificandi zone voor de aanleg van voortuinen die bijdragen aan het groene karakter van de wijk van de vijvers.
Onder deze huizen bevindt zich een opmerkelijk geheel van huizen in art nouveau ontworpen door architect Ernest Blérot (zie nr. 15, 16) en de merkwaardige gevel in neo-Vlaamse renaissance van de eigen woning van historicus Guillaume Des Marez (Kortrijk, 1870–Brussel, 1931), auteur van de befaamde Guide illustré de Bruxelles, Monuments civils et religieux (Brussel, 1958). Het was dankzij zijn geschriften dat na de Tweede Wereldoorlog de abdij van Terkameren werd beschermd en gerestaureerd (zie nr. 11). Op nr. 20 en 21 bevinden zich twee huizen in gotische stijl (zie deze nummers). Hun bouwaanvraag werd in 1875 ingediend door de Compagnie immobilière de Belgique (moedermaatschappij van de Société de l'Avenue Louise), en ze behoren tot de oudste huizen van de wijk van de vijvers.
Architect Pierre De Groef ontwierp meerdere huizen in de laan, waaronder zijn eigen woning met een gevel in Beaux-Artsstijl op nr. 36 (zie dit nummer; zie ook de nr. 12, 24, 31, 34, 35).

Bronnen

Archieven
GAE/OW Historique des rues (1925).
GAE/OW 188.

Publicaties en studies
DUQUENNE, X., L'avenue Louise à Bruxelles, Xavier Duquenne éd., Brussel, 2007.
GUILLAUME, A., MEGANCK, M., et al., Atlas du sous-sol archéologique de la Région de Bruxelles:15 Ixelles, Brussel, 2005, pp.64, 116, 118.
Guillaume Des Marez. Courtrai 1870–Ixelles 1931 (Tentoonstellingscatalogus), Cercle d'histoire d'Ixelles–Commission française de la Culture de l'agglomération de Bruxelles, Brussel, 1982.
HAINAUT, M., BOVY, Ph., Ixelles-Village et le quartier des Étangs, Gemeente Elsene, Brussel, 1998 (À la découverte de l'histoire d'Ixelles, 3).
Ixelles, Ensembles urbanistiques et architecturaux remarquables, ERU, Brussel, 1990, pp.81-88.
Le quartier des étangs d'Ixelles, Ministerie van et Brussels Hoofdstedelijke Gewest, Brussel, 1994 (Bruxelles, Ville d'Art et d'Histoire, 10).

Tijdschriften
SEGERS, J., ‘Un Ixellois d'adoption: Guillaume Des Marez', Mémoire d'Ixelles, 3, 1981, pp. 15-19.