Onderzoek en redactie

1989-1994

 

Bekijk de weerhouden gebouwen

Van Emile Jacqmainlaan naar Koningsstraat.

Als onderdeel van de ringlanen in 1819, naar ontwerp van architect Jean-Baptiste Vifquain, aangelegd tussen de Antwerpse- en Schaarbeekse- poort (zie Antwerpselaan). Benaming naar de in 1826-1829 aan de noordelijke zijde (Sint-Joost- ten-Noode) ingeplante terrasvormige Kruidtuin met Kruidtuingebouw (architecten R.F. Gineste en Tilman-Fraçois Suys), in 1863 afgesloten door een hardstenen balustrade.

 

Laan met sterke oostelijke helling, in oorsprong met beboomde middenpromenade, vanaf 1821 bebouwd met een aantal ruime neoclassicistische herenhuizen met uitgestrekte omheinde tuinen, naderhand verkaveld en bebouwd met smalle burgerhuizen, waarvan begane grond geleidelijk aangepast met handels- en horecapuien - mede onder invloed van nabije vestiging van het Noordstation (1841, architect F. Coppens) -, cf. de op zichten van 1900-1914 nog talrijk figurerende beglaasde en smeedijzeren art nouveau-luifels.

 

Oorspronkelijke scenografie in de loop van de 19e en 20e eeuw gewijzigd door opeenvolgende doorbraken in zuidelijke wand : het verlengen van de Nieuwstraat (1839), de aansluiting van de Emile Jacqmainlaan en Adolphe Maxlaan tijdens de aanleg van de centrale lanen (1867-1871), het doortrekken van de Pachecolaan tijdens de laatste fase van de noord-zuid-verbindingswerken (1935-1952), waarvoor onder meer in 1949-1952 afbraak van het neoclassicistische Sint-Janshospitaal (1837-1843, architect H.L.F. Partoes). Voorts, tijdens de realisatie van de Kleine Ring (1956-1957) voor de Wereldtentoonstelling (1958), baanvakverbreding en gedeeltelijke ondertunneling; in dezelfde periode ook afschaffing van de Schaarbeekstraat en afbraak van oostelijke bebouwing.

 

Huidige bebouwing met uitgesproken heterogeen uitzicht : nog oorspronkelijke doch later aangepaste begin 19e eeuwse rijhuizen, afgewisseld met appartementsgebouwen uit de periode 1925-1950 (nr. 5-5A naar ontwerp van architect G. de Backere van 1939 en nr. 15 naar ontwerp van architect V. Taelemans van 1905) en ruimere hoekcomplexen als de voorheen zogenaamd «Bon Marché» (1928-1930) en het «Institut Saint-Louis» (1911-1912), naast nieuwbouw van het «Gemeentekrediet» met aansluitende «Passage 44» (1965-1969, architecten M. Lambrichs, R. Delfosse, C. Grochowski, D. de Laveleye, A. Van Impe) en van het Rijksadministratief Centrum (1958-1984, architecten J. Gilson, M. Lambrichs, G. Ricquier, H. Kuyck) met als blikvanger het 140 meter hoge torengebouw.

Toegangen tot ondergronds metrostation (premetro, lijn 2) : beeldhouwwerken «Les voyageurs» in gepolychromeerd hout, door P. Caille (1979), «The Last Migration» in koper, door J.P. Ghysels (1977), «Tramification Syncopee» en «Tramification Fluide» in polychroom staal, door E. Souply (1978).

Bronnen

Archieven
SAB/OW 32923-32924 en 32198 (1819-1829), 54579 (1939), 435 (1905).