Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Beschermd sinds 27 oktober 2005

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30021
lees meer

Beschrijving

Neoclassicistisch herenhuis met drie bouwlagen en vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde., 1840; ter vervanging van traditioneelBak- en zandsteenstijlHet bakstenen metselwerk wordt gecombineerd met natuurstenen elementen (bv. voor de plint, rond de gevelopeningen, aan de kroonlijst, ...), terwijl in het interieur houten draagconstructies voorkomen. Deze gebouwen bezitten zadeldaken, vaak met trapgevels. (16e-18e eeuw).VakwerkbouwBij vakwerkbouw brengt men leem aan op een houten geraamte van stijl- en regelwerk, versterkt met vitswerk (tot 19e eeuw). dubbelhuisGebouw waarvan de kamers geordend zijn langs beide zijden van de centrale toegangsas. uit de 17e eeuw met twee bouwlagen waarvan resterende speklagen en kwartholle negblokken in uiterste penantParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag. rechts van de tweede bouwlaag.

 Oorspronkelijk bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel met decoratieve friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). onder pui- en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Sinds 1968 ontpleisterd met uitzondering van door schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. belijnde benedenverdieping. Rechthoekige naar boven toe verkleinende venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., op verdiepingen met doorgetrokken lekdrempels en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. leuningen; dito inrijpoort in traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) rechts. Vernieuwde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Winkelpui met art nouveau-inslag, uit hout en metaal, met centrale inkom en rolluikkast uitgevoerd door Govaerts & C,e, 1907, ter vervanging van drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 7923 (1840), 8910 (1907).