Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Guillaume LÖWarchitect1898

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2006-2008

id

Urban : 18180
lees meer

Beschrijving

Huis met neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. inslag en symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., n.o.v. architect Guillaume Löw, 1898.

Signatuur op benedenverdieping.

Benedenverdieping in hardsteen met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).; verdiepingen in witsteen met hardstenen elementen. Eerste bouwlaag bekroond met knoppenfries. Centrale balkons volgens verkleinende ordonnantie; in tweede bouwlaag met balustradeHekwerk van spijlen of balusters., in derde bouwlaag met metalen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. tussen wangenStenen zijkanten van schouwmantel, balkonborstwering, of andere.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdiepingen onder lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. die uitspringende omlijsting en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vormt. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met trigliefenVersiering, ontleend aan de Dorische fries, bestaande uit een vooruitspringend, rechthoekig vlak met twee gleuven in het midden en een halve aan elke zijkant; soms kan het aantal gleuven sterk afwijken. en metopenAl of niet versierd vlak tussen de trigliefen van een fries..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 19440 (1898).

Publicaties en studies
VAN MASSENHOVE, H., LÖW, G., Les Maisons Modernes, éd. Constant Baune, Brussel, 1901, pl. XXIX.