Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

A. VAN GOMPELarchitect1933

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 35821
lees meer

Beschrijving

Opbrengstpand in art-decostijl en met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., net als nr. 52 ontworpen door architect A. Van Gompel voor eigen rekening, 1933.

Opstand van drie bouwlagen onder plat dak. Gevel in geelgekleurde baksteen, rechtopstaand op sommige vlakken, met hardstenen elementen. Over de hele hoogte van de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., tweezijdige voorbouw onder rechthoekig hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. in elke bouwlaag. Zuilvormige monelenStenen vensterstijl. en stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust.. Decor van gestapelde stenen platen in de punt van de driehoek. Deur achter een trappenpartij afgeboord met bollen en geflankeerd door zuiltjes die ook door bollen worden bekroond, onder een boogvormige platte luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. met gecanneleerdeParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster. rand en een driehoekige lantaarn1. Bovenste, opengewerkte bekroning van een dakkoepel of toren; schrijlings op nok van een dak gelegen wordt het dakruiter genoemd. - 2. Lichtbron met glazen ruiten.. Op de verdiepingen, lichtjes uitspringende trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.; hoofgestellen met geronde hoeken in elke bouwlaag. Bekronend hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met attiekmuurtje versierd met overhoeks metselwerk en met bollen. Deur, met pijlvormig raamVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. en geometrisch traliewerk. Raamwerk bewaard of vernieuwd naar oorspronkelijk ontwerp.
Hek van het voortuintje deels bewaard.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 42548 (1933).