Typologie(ën)

architectenwoning

Ontwerper(s)

René BURGRAEVEarchitect1933

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 37685
lees meer

Beschrijving

Voormalige persoonlijke woning van architect René Burgraeve, in art-decostijl, 1933. Gesigneerd op sokkel ”RENÉ BURGRAEVE / ARCHITECTE”. De architect ontwierp het jaar daarop ook het aanpalende huis (zie nr. 63).

Gevel in oranjekleurige baksteen met schaduwvoegen en met hardstenen elementen. Opstand met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. van drie bouwlagen, de laatste, behandeld als pseudo-mansarde met leibedekking, toegevoegd in 1955 i.o.v. de weduwe van de architect. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., breed vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping en beraapte trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op de verdiepingen, het resultaat van de verbouwing van de oorspronkelijke erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., die dezelfde vorm had, maar in baksteen. Rondboogdeur met geprofileerde bakstenen omlijsting, geflankeerd door twee fijne venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., het linker getralied, het rechter blindZonder opening; blind venster, schijnopening.. De sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. van de boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. boven de deur vormt de lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker. van het driehoekige platform waarop het langwerpige vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op de eerste verdieping rust; smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Lateien van de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. versierd met opstaande bakstenen. Kleine houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Kroonlijsten en schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  bewaard; raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling op de hoofdtravee, deur met elegant T-vormig smeedijzeren traliewerk.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 42898 (1933), 68350 (1955).

Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “François Lesnino (rue)”, 1935.