Onderzoek en redactie
2009-2011
Bekijk de weerhouden gebouwenVan Fernand Cocqplein naar Malibranstraat. Gebogen verloop tot aan Hendrik Concienceplein, nadien loodrecht naar Malibranstraat. Kruist Viaductstraat en leidt naar Venetiëstraat, Cansstraat, Woonwijkstraat, Maes- en Jean Van Volsemstraat, Gangstraat en Scarronstraat. Dalend verloop.
Oudste vermelding (1461) heeft het over de Maeghstrate of Maegdstraetje. De straat volgde ongeveer vanaf Tulpstraat de Collegestraat, de Kleine Malibranstraat en een deel van Dillensstraat tot aan huidig Graystraat. Het gedeelte tussen Tulpstraat en Woonwijkstraat werd ook straetje genoemd en de rest achtergat. Tijdens de Franse overheersing werd straetje herdoopt in chemin du printemps [Lenteweg]. Het kreeg haar huidige naam als verwijzing naar gemeenteraad bij K.B. van 4.011.1844.
In datzelfde jaar krijgt weduwe Cans, grondbezitster van de buurt, toelating van de gemeente om meerdere straten op haar eigendom tussen de Viaduct- en de Raadstraat aan te leggen. De gemeentelijke toelating van 26.07.1844 wordt bij K.B. van 04.11.1844 bekrachtigd in het Plan d'ensemble des rues du Collège, Sans-Souci, de la Tulipe, de Venise et du Viaduc.
Naar aanleiding van aanleg van gemeenteplein (huidige Fernand Cocqplein) en de bouw van het slachthuis (zie Jean Van Volsemstraat nr. 63-71) werd het traçé en de bedding van de wegen aangepast volgens K.B. van 25.04.1851. Het rooilijnenplan van het gedeelte tussen de Woonwijkstraat en het latere Henri Conscienceplein werd aangepast bij K.B. van 13.06.1865. Aanpassing en verlenging van het laatste deel van straat kwam er bij aanleg van verschillende straten in buurt van het slachthuis bij K.B. van 8.07.1875.
Oudst bewaarde bouwaanvragen vanaf 1845. Huidig straatbeeld bepaald door overwegend neoclassicistische en eclectische architectuur met bescheiden burgerhuizen (vb. nr. 19, neoclassicistische burgerwoning, tweede helft 19e eeuw; nr. 29 en 31, dito huizen, 1865) en opbrengsthuizen. Meeste huizen echter opnieuw bepleisterd (zie nr. 113 tot 117, als geheel gebouwd, 1881), bezet met briketten of gesloopt en braakliggend (nr. 30 tot 36, geheel van bescheiden huizen met drie bouwlagen en twee traveeën, twee centrale gesloopt).
Collegestraat nr. 48 tot 74 maakt deel uit van zogenaamde Cité Gomand, een van de eerste huisvestingsprogramma's voor arbeiders van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De carré
beslaat het volledige bouwblok tussen huidige College-, Viaduct-, Van Aa- en Woonwijkstraat (zie deze straten).
Iets verder, aan de overkant, getuigt het landhuis van Dechevalerie (zie nr. 45-51) van het vroegere landelijk uitzicht. De achttiende-eeuwse hardstenen poortomlijsting op nr. 59 vormt het enige restant van een vroegere herberg (sloop en reconstructie, 1949).
Begin van straat en aan kruispunten huizen met handelsruimte (bewaarde winkelpuien op nr. 22, architect Gerard Coulie, 1941; nr. 40, 1931; nr. 128, winkelpui met gebogen fronton tussen respectievelijk toegangs- en winkeldeur). Uit bouwaanvragen blijkt ook veelvuldige aanwezigheid van schrijnwerkerijen (nr. 67, eclectische burgerwoning met achterliggende schrijnwerkerij, in 2001 verbouwd tot schildersatelier (architect Thibaut Brogneaux) en opslagplaatsen voor meubels (zie nr. 27 en 31a-33).
Nr. 86-88, 90-92 en 100-102 lijken burgerwoningen, maar zijn opbrengsthuizen met dubbele toegang naar achterliggende huizen binnen het bouwblok (jaren 1890).
Bronnen
Archieven
GAE/DS 22: 75-22; 29, 31: 75-29-31; 40: 75-40; 59: 75-59; 67: 75-67; 86-88: 75-88; 90-92: 75-90; 100-102: 75-100; 113 tot 117: 75-113-115-117.
GAE/OW 75.
GAE/OW Historique des rues (1925).
Publicaties en studies
GONTHIER, A., Histoire d'Ixelles, Le Folklore Brabançon, Impr. De Smedt, Brussel, 1960, pp. 155-157.
LE ROY, P., Monographie de la commune d'Ixelles, Imprimerie Générale, Brussel, 1885, p. 226.
GAE/DS 22: 75-22; 29, 31: 75-29-31; 40: 75-40; 59: 75-59; 67: 75-67; 86-88: 75-88; 90-92: 75-90; 100-102: 75-100; 113 tot 117: 75-113-115-117.
GAE/OW 75.
GAE/OW Historique des rues (1925).
Publicaties en studies
GONTHIER, A., Histoire d'Ixelles, Le Folklore Brabançon, Impr. De Smedt, Brussel, 1960, pp. 155-157.
LE ROY, P., Monographie de la commune d'Ixelles, Imprimerie Générale, Brussel, 1885, p. 226.