Onderzoek en redactie
2013-2014
Bekijk de weerhouden gebouwen
De Paleizenstraat is een lange verkeersweg op grondgebied Schaarbeek en Brussel. Ze begint aan het Koninginneplein in Schaarbeek, kruist talrijke andere wegen en twee pleinen: het Liedtsplein, waar de straat breder wordt, en het Masuiplein, waar ze een bocht vormt, net voordat ze het oude tracé van de Zenne kruist, dat de grens met Laken aangeeft. De straat eindigt aan de Jules de Troozsquare, waar ze op de Koninginnelaan aansluit. Voorbij het kanaal loopt een kleine straat, de Paleizenstraat over de Bruggen genaamd, langs het koninklijk domein tot aan het Onze-Lieve-Vrouwvoorplein.
De Paleizenstraat is een van de vertakkingen van het “koninklijk tracé”, een traject van ongeveer zeven kilometer tussen het Koninklijk Paleis van Brussel en het kasteel van Laken. Het plan voor dit tracé – dat hoofdzakelijk de Koningstraat, de Paleizenstraat en de Koninginnelaan omvat – was al geopperd in de jaren 1820, tijdens het Hollands bewind. De eerste etappe ervan, bekrachtigd door een decreet van 18.04.1828, bestond uit de verlenging van de Koningstraat op grondgebied Sint-Joost-ten-Node en Schaarbeek, tot aan het Koninginneplein. Oorspronkelijk moest de Koningstraat in rechte lijn vanaf het plein worden verlengd tot aan het Kanaal van Willebroek, maar uiteindelijk werd haar tracé via de brug van Laken verlegd.
De Paleizenstraat werd aangelegd bij K.B. van 18.07.1832. Bij gebrek aan financiële middelen voor de aanleg ervan verleende de staat een concessie aan notaris Herman, burgemeester van Schaarbeek, en aan ingenieur Jean-Baptiste Vifquin, inspecteur van Bruggen en Wegen. Op 20.04.1833 richtten zij een naamloze vennootschap op waaraan de werken op 15.08 van datzelfde jaar werden gegund. Daarvoor in ruil kreeg de maatschappij toestemming om gedurende 90 jaar een half bareelrecht te innen, alsook een tol voor de voetgangers die de brug over de Zenne gebruikten. Ze kreeg eveneens subsidies van de stad Brussel en van de Provincie. De werken begonnen op 14.09.1833, en tegen het einde van dat jaar was de wegbaan tot aan de brug van Laken al klaar.
Bij K.B. van 27.09.1866 werd de concessie uiteindelijk door de overheid teruggekocht. Het bovenste gedeelte van de straat, tot aan het Liedtsplein, maakte van dan af deel uit van de grande voirie, die van de staat afhing, terwijl het lagere gedeelte, tot aan de Zenne, aan de gemeente Schaarbeek werd overgedragen bij K.B. van 28.11.1868. Toen werden in de straat, die in slechte staat was, ook verbeteringswerken uitgevoerd: ze werd volledig opnieuw bestraat, er werden bomen gerooid, de verlichting werd verbeterd, en dergelijke meer.
Het K.B. van 28.02.1868 wijzigde het tracé van de Paleizenstraat ter hoogte van het Liedtsplein: de straat verwijdde aan pare zijde in de richting van het plein, om op het tracé van de nieuwe Koninginnelaan aan te kunnen sluiten. Daartoe moest onder meer de punt van het huizenblok gevormd met de Groenstraat, ingenomen door het eigendom van de schilder Louis Gallait worden verwijderd, hoewel het tot midden jaren 1890 bleef bestaan. Tot slot kreeg het uiteinde van het huizenblok gevormd door de Paleizenstraat, het Liedtsplein en de Koninginnelaan zijn veelhoekige vorm bij K.B. van 27.11.1876.
Ter hoogte van de Paviljoenstraat en de Vooruitgangsstraat kruist de Paleizenstraat de spoorlijnen komende van het Noordstation. Oorspronkelijk was er een overweg. Net ten westen van de sporen, aan onpare zijde, bevond zich een “embarcadère royal”, een als station gebruikte aedicula die tussen 1840 en 1858 werd gebouwd. Op de plannen van 1876 en 1881 wordt het als koninklijk paviljoen aangeduid, op het plan van 1893 nog slechts als “halte”. In 1903 werd de spoorweg verbreed en moest de staat de gebouwen aan weerszijden van de straat onteigenen, waaronder de halte. De overweg werd later vervangen door een voetgangersbrug over de spoorweg, die in 1933 door een andere brug werd vervangen. De sporen lopen thans over een brug over de straat.
De Paleizenstraat, aanvankelijk ook Rue Royale Neuve, Rue Royale vers Laeken, Rue Royale des Palais [Nieuwe Koninklijke straat, de Koninklijke straat naar Laken, Koninklijke straat der Paleis] genaamd, dankt haar naam aan de twee koninklijke residenties die ze verbindt.
Het bovenste gedeelte van de straat, tussen het Koninginneplein en het Liedtsplein, werd hoofdzakelijk in de jaren 1840 en 1850 bebouwd, het onderste gedeelte in de loop van de drie daaropvolgende decennia, hoofdzakelijk met burger- en herenhuizen in neoclassicistische stijl, zoals nr. 47, een herenhuis van vóór 1858, opnieuw bepleisterd op de verdiepingen, het geheel gevormd door nr. 100 en 102, gebouwd vóór 1858 maar wellicht gerenoveerd ca. 1900, nr. 133, verhoogd, de huizenrij gevormd door nr. 167, 171 (tussen 1858 en 1876) en 173, 175 (jaren 1880), of nog nr. 128 tot 132, ontworpen in 1883 als geheel met nr. 18 tot 21 Liedtsplein en nr. 1 tot 5 Koninginnelaan. Vermelden we aan het einde van de straat, op nr. 331 tot 337, een huizenrij in eclectische stijl uit de jaren 1890 of 1900 (zie nr. 335). Tal van woningen zijn in de loop der jaren verbouwd of vervangen door appartementsgebouwen, zoals nr. 49 (n.o.v. architect André Mineur, 1938), of door kantoren. In de straat waren ook verscheidene bedrijven gevestigd, de meeste binnen het huizenblok. Daaronder, op nr. 153, een kroonluchtermakerij, in 1999 verbouwd tot bedrijvencentrum met een woongebouw aan de straatkant (n.o.v. architect Pierre Blondel). Vermelden we nog, op nr. 314, een voormalige opslagplaats of modernistische garage, wellicht gebouwd onmiddellijk na de oorlog, met een opmerkelijk rond dak met betonnen gebinten en wanden.
Vroeger bevonden zich ook diverse instellingen in de straat. In het driehoekige huizenblok met het Koninginneplein en de Poststraat lag de voormalige middelbare meisjesschool, die in 1865 werd geopend in de gebouwen van een bronsgieterij die van voor 1830 dateerde – gespecialiseerd in de knopen voor militaire uniformen – en in 1909 werd vervangen door een rij gegoede huizen (zie nr. 2 tot 12). Aan dezelfde zijde, op de kruising met de Poststraat, stond van vóór 1836 het Hospice des Sourds et Muets, omgedoopt tot Pensionat Saint-Louis et Institut des Sourds-muets et Aveugles en later het Institut Sainte-Marie, dat in 1908 door een rij woningen werd vervangen (zie nr. 30 tot 38). Op nr. 95, op de hoek met de Brichautstraat, verwierf de gemeente in 1864 een gebouw dat als gemeentehuis dienstdeed. Rechts werd ca. 1882 een beroeps- en huishoudschool gebouwd die thans is verdwenen. Na de inhuldiging van het nieuwe gemeentehuis in 1887 aan het Colignonplein, werd het hoekgebouw in 1891-1892 vervangen door een neoclassicistisch gebouw waarin het Vredegerecht was gevestigd, n.o.v. gemeentearchitect Hyppolite Jaumot. Nadat dit gebouw buiten gebruik was gesteld, werd het in 2011-2012 gesloopt en vervangen door een gebouw met een politiecommissariaat en woningen (Bureau Matador, 2009).
In de straat bevindt zich nog één religieus gebouw, de voormalige kerk van de Pères Récollets, thans de Sint-Nicolaas van Myrakerk (zie nr. 181-183), op de hoek met de Vanderlindenstraat. Het voormalige Institut Saint-Luc was al sinds 1887 in de straat gevestigd (zie nr. 70). De vroegere zetel van de Regie voor Telegraaf en Telefoon (zie nr. 42-46) verving Huis Somzée, de imposante woning van een kunstverzamelaar. Achter dat gebouw begint het Koningin-Groenpark, dat in 2003-2006 werd ontworpen door architectuurbureau AR-BR (n.o.v. architect Philippe Serck) en landschapsarchitect Erik Dhont, na een wedstrijd die de gemeente in het kader van wijkcontract “Brabant” had uitgeschreven. Het park ontwikkelde zich binnen het huizenblok tot aan de Groenstraat (nr. 126), op een terrein met een sterk hoogteverschil. Het wordt afgesloten door hoge muren van kiezelplaten en bevat twee parcours, het ene direct met trappen, het andere via bochtige paadjes. Aan de Paleizenstraat ligt een ruimte met een vijver en een bestaand paviljoen van het oranjerietype dat volledig gerenoveerd werd.
De Paleizenstraat is een van de vertakkingen van het “koninklijk tracé”, een traject van ongeveer zeven kilometer tussen het Koninklijk Paleis van Brussel en het kasteel van Laken. Het plan voor dit tracé – dat hoofdzakelijk de Koningstraat, de Paleizenstraat en de Koninginnelaan omvat – was al geopperd in de jaren 1820, tijdens het Hollands bewind. De eerste etappe ervan, bekrachtigd door een decreet van 18.04.1828, bestond uit de verlenging van de Koningstraat op grondgebied Sint-Joost-ten-Node en Schaarbeek, tot aan het Koninginneplein. Oorspronkelijk moest de Koningstraat in rechte lijn vanaf het plein worden verlengd tot aan het Kanaal van Willebroek, maar uiteindelijk werd haar tracé via de brug van Laken verlegd.
De Paleizenstraat werd aangelegd bij K.B. van 18.07.1832. Bij gebrek aan financiële middelen voor de aanleg ervan verleende de staat een concessie aan notaris Herman, burgemeester van Schaarbeek, en aan ingenieur Jean-Baptiste Vifquin, inspecteur van Bruggen en Wegen. Op 20.04.1833 richtten zij een naamloze vennootschap op waaraan de werken op 15.08 van datzelfde jaar werden gegund. Daarvoor in ruil kreeg de maatschappij toestemming om gedurende 90 jaar een half bareelrecht te innen, alsook een tol voor de voetgangers die de brug over de Zenne gebruikten. Ze kreeg eveneens subsidies van de stad Brussel en van de Provincie. De werken begonnen op 14.09.1833, en tegen het einde van dat jaar was de wegbaan tot aan de brug van Laken al klaar.
Bij K.B. van 27.09.1866 werd de concessie uiteindelijk door de overheid teruggekocht. Het bovenste gedeelte van de straat, tot aan het Liedtsplein, maakte van dan af deel uit van de grande voirie, die van de staat afhing, terwijl het lagere gedeelte, tot aan de Zenne, aan de gemeente Schaarbeek werd overgedragen bij K.B. van 28.11.1868. Toen werden in de straat, die in slechte staat was, ook verbeteringswerken uitgevoerd: ze werd volledig opnieuw bestraat, er werden bomen gerooid, de verlichting werd verbeterd, en dergelijke meer.
Het K.B. van 28.02.1868 wijzigde het tracé van de Paleizenstraat ter hoogte van het Liedtsplein: de straat verwijdde aan pare zijde in de richting van het plein, om op het tracé van de nieuwe Koninginnelaan aan te kunnen sluiten. Daartoe moest onder meer de punt van het huizenblok gevormd met de Groenstraat, ingenomen door het eigendom van de schilder Louis Gallait worden verwijderd, hoewel het tot midden jaren 1890 bleef bestaan. Tot slot kreeg het uiteinde van het huizenblok gevormd door de Paleizenstraat, het Liedtsplein en de Koninginnelaan zijn veelhoekige vorm bij K.B. van 27.11.1876.
Ter hoogte van de Paviljoenstraat en de Vooruitgangsstraat kruist de Paleizenstraat de spoorlijnen komende van het Noordstation. Oorspronkelijk was er een overweg. Net ten westen van de sporen, aan onpare zijde, bevond zich een “embarcadère royal”, een als station gebruikte aedicula die tussen 1840 en 1858 werd gebouwd. Op de plannen van 1876 en 1881 wordt het als koninklijk paviljoen aangeduid, op het plan van 1893 nog slechts als “halte”. In 1903 werd de spoorweg verbreed en moest de staat de gebouwen aan weerszijden van de straat onteigenen, waaronder de halte. De overweg werd later vervangen door een voetgangersbrug over de spoorweg, die in 1933 door een andere brug werd vervangen. De sporen lopen thans over een brug over de straat.
De Paleizenstraat, aanvankelijk ook Rue Royale Neuve, Rue Royale vers Laeken, Rue Royale des Palais [Nieuwe Koninklijke straat, de Koninklijke straat naar Laken, Koninklijke straat der Paleis] genaamd, dankt haar naam aan de twee koninklijke residenties die ze verbindt.
Het bovenste gedeelte van de straat, tussen het Koninginneplein en het Liedtsplein, werd hoofdzakelijk in de jaren 1840 en 1850 bebouwd, het onderste gedeelte in de loop van de drie daaropvolgende decennia, hoofdzakelijk met burger- en herenhuizen in neoclassicistische stijl, zoals nr. 47, een herenhuis van vóór 1858, opnieuw bepleisterd op de verdiepingen, het geheel gevormd door nr. 100 en 102, gebouwd vóór 1858 maar wellicht gerenoveerd ca. 1900, nr. 133, verhoogd, de huizenrij gevormd door nr. 167, 171 (tussen 1858 en 1876) en 173, 175 (jaren 1880), of nog nr. 128 tot 132, ontworpen in 1883 als geheel met nr. 18 tot 21 Liedtsplein en nr. 1 tot 5 Koninginnelaan. Vermelden we aan het einde van de straat, op nr. 331 tot 337, een huizenrij in eclectische stijl uit de jaren 1890 of 1900 (zie nr. 335). Tal van woningen zijn in de loop der jaren verbouwd of vervangen door appartementsgebouwen, zoals nr. 49 (n.o.v. architect André Mineur, 1938), of door kantoren. In de straat waren ook verscheidene bedrijven gevestigd, de meeste binnen het huizenblok. Daaronder, op nr. 153, een kroonluchtermakerij, in 1999 verbouwd tot bedrijvencentrum met een woongebouw aan de straatkant (n.o.v. architect Pierre Blondel). Vermelden we nog, op nr. 314, een voormalige opslagplaats of modernistische garage, wellicht gebouwd onmiddellijk na de oorlog, met een opmerkelijk rond dak met betonnen gebinten en wanden.
Vroeger bevonden zich ook diverse instellingen in de straat. In het driehoekige huizenblok met het Koninginneplein en de Poststraat lag de voormalige middelbare meisjesschool, die in 1865 werd geopend in de gebouwen van een bronsgieterij die van voor 1830 dateerde – gespecialiseerd in de knopen voor militaire uniformen – en in 1909 werd vervangen door een rij gegoede huizen (zie nr. 2 tot 12). Aan dezelfde zijde, op de kruising met de Poststraat, stond van vóór 1836 het Hospice des Sourds et Muets, omgedoopt tot Pensionat Saint-Louis et Institut des Sourds-muets et Aveugles en later het Institut Sainte-Marie, dat in 1908 door een rij woningen werd vervangen (zie nr. 30 tot 38). Op nr. 95, op de hoek met de Brichautstraat, verwierf de gemeente in 1864 een gebouw dat als gemeentehuis dienstdeed. Rechts werd ca. 1882 een beroeps- en huishoudschool gebouwd die thans is verdwenen. Na de inhuldiging van het nieuwe gemeentehuis in 1887 aan het Colignonplein, werd het hoekgebouw in 1891-1892 vervangen door een neoclassicistisch gebouw waarin het Vredegerecht was gevestigd, n.o.v. gemeentearchitect Hyppolite Jaumot. Nadat dit gebouw buiten gebruik was gesteld, werd het in 2011-2012 gesloopt en vervangen door een gebouw met een politiecommissariaat en woningen (Bureau Matador, 2009).
In de straat bevindt zich nog één religieus gebouw, de voormalige kerk van de Pères Récollets, thans de Sint-Nicolaas van Myrakerk (zie nr. 181-183), op de hoek met de Vanderlindenstraat. Het voormalige Institut Saint-Luc was al sinds 1887 in de straat gevestigd (zie nr. 70). De vroegere zetel van de Regie voor Telegraaf en Telefoon (zie nr. 42-46) verving Huis Somzée, de imposante woning van een kunstverzamelaar. Achter dat gebouw begint het Koningin-Groenpark, dat in 2003-2006 werd ontworpen door architectuurbureau AR-BR (n.o.v. architect Philippe Serck) en landschapsarchitect Erik Dhont, na een wedstrijd die de gemeente in het kader van wijkcontract “Brabant” had uitgeschreven. Het park ontwikkelde zich binnen het huizenblok tot aan de Groenstraat (nr. 126), op een terrein met een sterk hoogteverschil. Het wordt afgesloten door hoge muren van kiezelplaten en bevat twee parcours, het ene direct met trappen, het andere via bochtige paadjes. Aan de Paleizenstraat ligt een ruimte met een vijver en een bestaand paviljoen van het oranjerietype dat volledig gerenoveerd werd.
In 1985-1987
ruimden een elftal rijhuizen plaats voor de bouw van een politiecommissariaat,
nr 321, (naar ontwerp van Architecture
& Urbanisme A. & M. Vanden Bossche, 1984). De nieuwbouw kreeg een
expressieve gevel met vormelijke reminiscenties naar het brutalisme, uitgevoerd
in een decoratieve keramische baksteen.
Bronnen
Archieven
GAS/DS 49: 204-49; 128, 130, 132: 204-128, 204-134; 153: 204-153.
GAS/OW 204, 226.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, 1861, pp. 332-333; 1864, pp. 167-169; 1881, pp. 341-343; 1882, p. 22; 1903, pp. 695, 718-719, 741; 1908, pp. 462-463; 1909, p. 637.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1863-1864, pp. 342-347.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1864-1865, pp. 399-401, 405-406.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1865-1866, pp. 42-43.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1866-1867, pp. 259-261.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1868, pp. 57-58.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1869, p. 52.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1870, p. 83.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1888-1889, 1889, p. 32.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1890-1891, 1891, pp. 612-613.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1891-1892, 1892, p. 788.
SAB/OW 26330.
Publicaties en studies
CULOT, M. [ed.], Schaerbeek. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 84.
DENHAENE, G., L'expansion de Bruxelles au XIXe siècle. Naissance du Faubourg de Schaerbeek: histoire et images, vzw PatriS, Brussel, 2002, pp. 31-34, 42.
DE SAEGHER, E., BARTHOLEYNS, E., Histoire populaire de Schaarbeek, Henri Mommens drukker-uitgever, Schaarbeek, 1887, pp. 83-84, 212.
VAN BEMMEL, E., Histoire de Saint-Josse-ten-Noode et de Schaerbeek, uitgever E. Van Bemmel, Sint-Joost-ten-Node, 1869, pp. 160, 209.
Tijdschriften
R., J., “La nouvelle justice de Paix à Schaerbeek”, L'Emulation, 1892, 2e jaargang, kol. 104-105.
Kaarten / plannen
VANDERMAELEN, Ph., Plan parcellaire de la commune de Schaerbeek avec les mutations jusqu'en 1836.
Atlas des chemins vicinaux de Schaerbeek, begin jaren 1840.
POPP, P. C., Atlas du Royaume de Belgique, plan parcellaire de la commune de Schaerbeek, ca. 1858.
Plan de la commune de Schaerbeek 1876, Nationaal Geografisch Instituut.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1881.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1893.
Plan de la commune de Schaerbeek 1899.
Plan cadastral de la commune de Schaerbeek, 1907-1908.
GAS/DS 49: 204-49; 128, 130, 132: 204-128, 204-134; 153: 204-153.
GAS/OW 204, 226.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, 1861, pp. 332-333; 1864, pp. 167-169; 1881, pp. 341-343; 1882, p. 22; 1903, pp. 695, 718-719, 741; 1908, pp. 462-463; 1909, p. 637.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1863-1864, pp. 342-347.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1864-1865, pp. 399-401, 405-406.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1865-1866, pp. 42-43.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1866-1867, pp. 259-261.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1868, pp. 57-58.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1869, p. 52.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1870, p. 83.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1888-1889, 1889, p. 32.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1890-1891, 1891, pp. 612-613.
GAS/Bulletin communal de Schaerbeek, Rapport sur la situation et l'administration des affaires de la commune pendant l'exercice 1891-1892, 1892, p. 788.
SAB/OW 26330.
Publicaties en studies
CULOT, M. [ed.], Schaerbeek. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 84.
DENHAENE, G., L'expansion de Bruxelles au XIXe siècle. Naissance du Faubourg de Schaerbeek: histoire et images, vzw PatriS, Brussel, 2002, pp. 31-34, 42.
DE SAEGHER, E., BARTHOLEYNS, E., Histoire populaire de Schaarbeek, Henri Mommens drukker-uitgever, Schaarbeek, 1887, pp. 83-84, 212.
VAN BEMMEL, E., Histoire de Saint-Josse-ten-Noode et de Schaerbeek, uitgever E. Van Bemmel, Sint-Joost-ten-Node, 1869, pp. 160, 209.
Tijdschriften
R., J., “La nouvelle justice de Paix à Schaerbeek”, L'Emulation, 1892, 2e jaargang, kol. 104-105.
Kaarten / plannen
VANDERMAELEN, Ph., Plan parcellaire de la commune de Schaerbeek avec les mutations jusqu'en 1836.
Atlas des chemins vicinaux de Schaerbeek, begin jaren 1840.
POPP, P. C., Atlas du Royaume de Belgique, plan parcellaire de la commune de Schaerbeek, ca. 1858.
Plan de la commune de Schaerbeek 1876, Nationaal Geografisch Instituut.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1881.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1893.
Plan de la commune de Schaerbeek 1899.
Plan cadastral de la commune de Schaerbeek, 1907-1908.