Typologie(ën)
sociale woonblok
gelijkvloers met handelszaak
gelijkvloers met handelszaak
Ontwerper(s)
François VAN STICHEL – architect – 1929
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Art deco
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
Onderzoek en redactie
2016-2017
id
Urban : 37517
Beschrijving
Geheel van vijf sociale
woninggebouwen in art-decostijl, sommige met commerciële benedenverdieping,
ontworpen in 1929 door architect François
Van Stichel voor de Lakense Haard.
Gelegen langs de spoorweg, gebouwen van vier bouwlagen onder afgeplat zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. volgens spiegelbeeldschema, behalve het laatste, dat van de overige gebouwen wordt afgescheiden door een binnenplaats die vroeger toegang gaf tot een loopbrug over de spoorlijnen, tot aan de Mode Vlieberghstraat, en die na 1971 werd afgebroken. Het geheel werd in de jaren 1990 gerenoveerd.
Gevels in bruine baksteen, rechtopstaand op de lateien, versierd met zones rotsbepleistering. Hardstenen sokkel belijnd door een friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). van zwarte geëmailleerde bakstenen. Sommige muuropeningen of traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) worden geflankeerd door zwarte en witte geëmailleerde bakstenen. Decor van geometrische bas-reliëfs op de benedenverdieping. Gestapelde erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., waarvan de meeste boven de rest van de gevel uitsteken. Toegangsdeuren onder trapezoïdale luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak..
Op nr. 36 en 38, gevels met een gemeenschappelijke symmetrische opstand van vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. De eerste en laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vormen een lichtjes uitspringende rechthoekige gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de binnenhoek. De centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vormen elk een driehoekige gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met een venster op de hoek. Op de overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) zijn de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd.. Elk van de centrale deuren wordt geflankeerd door twee smalle en twee brede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..
Op nr. 40 en 42-44, zelfde compositie aan straatzijde, behalve de hoek van nr. 42-44, die is voorzien van een deur in een afgeschuind vlak geflankeerd door etalages en op de verdiepingen behandeld als een boogvormige, breed opengewerkte traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Zijgevel op nr. 42-44 van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste als trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., de tweede voorzien van venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die op de verdiepingen aan een smaller vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. zijn gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd..
Op nr. 46-48, minder diep gebouw. Op de hoek, deur in een afgeschuind vlak, geflankeerd door etalages. De verdieping is behandeld als een gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met een pilastervormig schuin vlak. Straatgevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste met de ingang, de tweede met een trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.. Op de zijgevel, één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..
Schrijnwerk vervangen, behalve de deuren op nr. 36 tot 42-44, met ramen met geometrisch traliewerk.
Binnen, op nr. 36 tot 40 oorspronkelijk drie appartementen per verdieping, waarvan een in een uitbouw achteraan. Op nr. 46-48, één appartement per verdieping.
Gelegen langs de spoorweg, gebouwen van vier bouwlagen onder afgeplat zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. volgens spiegelbeeldschema, behalve het laatste, dat van de overige gebouwen wordt afgescheiden door een binnenplaats die vroeger toegang gaf tot een loopbrug over de spoorlijnen, tot aan de Mode Vlieberghstraat, en die na 1971 werd afgebroken. Het geheel werd in de jaren 1990 gerenoveerd.
Gevels in bruine baksteen, rechtopstaand op de lateien, versierd met zones rotsbepleistering. Hardstenen sokkel belijnd door een friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). van zwarte geëmailleerde bakstenen. Sommige muuropeningen of traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) worden geflankeerd door zwarte en witte geëmailleerde bakstenen. Decor van geometrische bas-reliëfs op de benedenverdieping. Gestapelde erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., waarvan de meeste boven de rest van de gevel uitsteken. Toegangsdeuren onder trapezoïdale luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak..
Op nr. 36 en 38, gevels met een gemeenschappelijke symmetrische opstand van vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. De eerste en laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vormen een lichtjes uitspringende rechthoekige gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de binnenhoek. De centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) vormen elk een driehoekige gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met een venster op de hoek. Op de overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) zijn de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd.. Elk van de centrale deuren wordt geflankeerd door twee smalle en twee brede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..
Op nr. 40 en 42-44, zelfde compositie aan straatzijde, behalve de hoek van nr. 42-44, die is voorzien van een deur in een afgeschuind vlak geflankeerd door etalages en op de verdiepingen behandeld als een boogvormige, breed opengewerkte traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Zijgevel op nr. 42-44 van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste als trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., de tweede voorzien van venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die op de verdiepingen aan een smaller vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. zijn gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd..
Op nr. 46-48, minder diep gebouw. Op de hoek, deur in een afgeschuind vlak, geflankeerd door etalages. De verdieping is behandeld als een gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met een pilastervormig schuin vlak. Straatgevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de eerste met de ingang, de tweede met een trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.. Op de zijgevel, één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..
Schrijnwerk vervangen, behalve de deuren op nr. 36 tot 42-44, met ramen met geometrisch traliewerk.
Binnen, op nr. 36 tot 40 oorspronkelijk drie appartementen per verdieping, waarvan een in een uitbouw achteraan. Op nr. 46-48, één appartement per verdieping.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 40540 (1929),
106523 (1995); 46-48: 95974 (1989), 95975 (1990).
Publicaties en studies
Brusselse wandelingen.3.Arbeiderswoningen en sociale huisvesting in Laken, Cel Historisch Erfgoed van de Stad Brussel, Brussel, 1998, pp.13-14.
MOUTURY, S., CORDEIRO, P., HEYMANS, V.,Le logement ouvrier et social à Laeken. Etude historique et architecturale débouchant sur des propositions de mesures de protection, Cel Historisch Erfgoed van de Stad Brussel, Brussel, 1997, pp.92-93.