Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance
Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2010-2012

id

Urban : 20431
lees meer

Beschrijving

Geheel van acht huizen in eclectische stijl met invloed van neo-Vlaamse renaissanceVlaams renaissance (vanaf 16e eeuw). Stijl die elementen uit de Italiaanse renaissance toepast op de traditionele bak- en zandsteenstijl. De neo-Vlaamse renaissance (ca 1860-1914) grijpt vanuit een nationalistische tendens terug naar de Vlaamse renaissance en haar specifieke ornamentiek. De stijl kenmerkt zich door een polychroom materiaalgebruik en een volumespel d.m.v. erkers, torentjes, trapgevels, enz., inspringend t.o.v. de straat. Ze delen allemaal dezelfde monumentale gevel. Jaartal “1887” gevormd door ankers in het midden van de compositie.

Vormt het einde van een bijzonder homogene huizenrij in dezelfde stijl, beginnend op nr. 31.

Symmetrische gevel van zeventien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), twee ongelijke per woning, behalve nr. 45-47, dat drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) heeft. Centrale trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. boven de twee laatste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van nr. 45-47 en van de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. op nr. 43. Eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) als voorbouw, overeenstemmend met de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. op nr. 53. Bakstenen gevel met hardstenen elementen. De meeste deuren onder impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met rondboogvormig entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. DiamantkoppenPiramidaal ornament (3 of 4 zijden), onder andere gebruikt in banden en friezen. op de omlijstingen in de tweede bouwlaag. GietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in de derde. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en leuningen van de terrassen en de balkons met balustersVaasvormige spijl van een borstwering.. HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. versierd met keramiektegels en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..

Op nr. 37, 39, 51 en 53, vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met hardstenen omlijsting in de eerste bouwlaag. Borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. versierd met keramiektegels, en balkon, behalve op nr. 53.
Op de verdiepingen van nr. 53, arkelVeelhoekig of rond uitkragend volume op de hoek van een gebouw en langs één of meer verdiepingen opgaand; vaak in de vorm van een torentje. met twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker.; bekroning verdwenen. Deur achter een trappenpartij.

Albert de Latourstraat 53 (foto 2012).

Op nr. 41, 43, 45-47 en 49, hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. met een rechthoekige voorbouw van één bouwlaag, met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en bekroond door een terras voor een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. geflankeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; hierboven bevindt zich een imitatie Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. dat de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. vormt voor de gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de laatste bouwlaag.
Derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op nr. 45-47 voorzien van een inrijpoort onder een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur., met een balkon op de eerste verdieping.

Op nr. 37, 39, 41, 51 en 53, onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. voorzien van een garagepoort, respectievelijk in 1949, 1941, 1947, 1976 en 1938. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen, behalve dat van de benedenverdieping op nr. 39. Bewaarde deuren, behalve op nr. 37 en 51. Hek van de achteruitbouwstrook vervangen op nr. 39 en verwijderd op nr. 51.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 8-37.