Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

O. DE POORTERarchitect1911

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2004

id

Urban : 17269
lees meer

Beschrijving

Opbrengsthuis in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl met art-nouveau-elementenInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession. n.o.v. arch. O. De Poorter (?) i.o.v. luikenfabrikant Joseph Mellaerts. Op tweede verdieping gedateerd “1911”.

Drie bouwlagen en drie ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Gevel in lichtgekleurde baksteen met elementen in oranje baksteen en hardsteen. Centrale vitrine geflankeerd door deuren onder doorlopende  I-balkIJzeren latei met I-profiel.; hardstenen stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust.. Verdiepingen geflankeerd door dunne pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., bekroond met hardstenen consoleVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Balkons met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in art-nouveaustijl; balkon in tweede bouwlaag doorlopend  en in derde bouwlaag in- en uitzwenkend op drie consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. SteekboogvenstersBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster.; in centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) twee glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. onder gemeenschappelijke boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden.. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  op benedenverdieping.

Bronnen

Archieven
GASPW/DS 88 (1911).