Typologie(ën)
woning
Ontwerper(s)
L. HUYBRECHTS – architect – 1934
Stijlen
Regionalisme
Neo-Vlaamse renaissance
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2006-2007
id
Urban : 16093
Beschrijving
Huis in traditionalistische stijl met elementen in neo-Vlaamse renaissanceVlaams renaissance (vanaf 16e eeuw). Stijl die elementen uit de Italiaanse renaissance toepast op de traditionele bak- en zandsteenstijl. De neo-Vlaamse renaissance (ca 1860-1914) grijpt vanuit een nationalistische tendens terug naar de Vlaamse renaissance en haar specifieke ornamentiek. De stijl kenmerkt zich door een polychroom materiaalgebruik en een volumespel d.m.v. erkers, torentjes, trapgevels, enz., n.o.v. arch. L. Huybrechts, 1934.
Drie bouwlagen. Bakstenen gevel met witstenen elementen. In benedenverdieping twee muuropeningen onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.; links garagepoort, rechts uitgespaarde portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met rondboogvormige toegangsdeur, geflankeerd door dito klein vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. In eerste verdieping trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker.. KruisvenstersVenster, door een moneel en een tussendorpel in vier vlakken verdeeld. op verdiepingen met neggen. In hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel. onder boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen.. Recent mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Oorspronkelijke deuren.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 42905 (1934).