Emile Clausstraat 5

Mooi appartementsgebouw in sobere art-decostijl n.o.v. architect Alfred Chambon, 1925.

Vijf bouwlagen en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Gevel in Savonnièressteen op onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. in Euvillesteen. Verdiepingen met hoge bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met afgeronde hoeken en rolluiken. Stenen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Eikenhouten deur onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft., breed opengewerkt en beschermd door traliewerk in smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… en gietijzerHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. met motief van distelbloemen. Dak recentelijk verbouwd.

Interieur: één appartement per bouwlaag, in L-vorm rond binnenplaatsje. Bewaarde decoratie in gemeenschappelijke delen, uitgezonderd lift. Vloer in granito, wenteltrapTrap die rond een centrale, verticale as of opening spiraalvormig omhoog loopt. met smeedijzeren leuning, bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. muur. Eikenhouten deuren van appartementen voorzien van grote hengels en spionnen.