Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Pierre DE GROEFarchitect1901

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Sint-Joost-ten-Node (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 10673
lees meer

Beschrijving

Huis in eclectische stijl n.o.v. arch. P. DE GROEF (1901).

Oorspronkelijk twee, heden drie bouwlagen + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping., door verbouwing van origineel mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. tot bijkomende verdieping (1948). Twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Baksteenconstructie verlevendigd door banden in blauwe hardsteen. Arduinen rustiek gebosseerde plint met getralied souterrainvenster onder accoladeboogBoog bestaande uit twee in- en uitzwenkende boogdelen die bij hun snijding een spits vormen.. Licht getoogde muuropeningen waarvan de boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. gevormd wordt door afwisselend witte en rode baksteen, aangevuld met arduinen diamantkopsleutel en decoratieve waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. in eerste twee bouwlagen. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in licht risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., op verdiepingen geaccentueerd door een deurvenster tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met Dorische kapitelenKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen. die onderling verbonden zijn door een bekronende baksteenfries; balkon met ijzeren leuning op bewerkte arduinen voluutconsoles waarvan de plint opgenomen is in de kordonlijst. Ingangstravee met houten paneeldeur onder arduinen latei en bovenvenster. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. gedecoreerd met panelen van geëmailleerde tegels waarop gestileerde papavers op een gele achtergrond staan afgebeeld. SteigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel. in tweede en derde bouwlaag. Houten gekorniste kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst.

 

Bronnen

Archieven

GASJ/DS/OW 6057 (1901), 14028 (1946).