Onderzoek en redactie
Bekijk de weerhouden gebouwen
Van Henri Jasparlaan naar Jourdanstraat. Rechtlijnig tracé. Aangelegd bij K.B. van 5.12.1862.
Genoemd naar de in de buurt gevestigde mechanische weverij Societé anonyme pour la Filature des Lins et Etoupes à la méchanique, later Societé Linière de Bruxelles (zie Spinnerijstraat).
Bebouwd tussen 1875 en 1900 in neoclassicistische stijl, of eclectische stijl met polychroom parement. Hoofdzakelijk burgerwoningen, vaak met achterliggende stallingen of bergingen die later verbouwd en uitgebreid worden tot kantoor, atelier of opslagplaats. Oorspronkelijk karakter van de straat vrij goed bewaard, ondanks het industrieel complex in modernistische stijl (zie nr. 11) en een gebouw met kantoren en wooneenheden gebouwd in opdracht van het Aartsbisdom van Mechelen (zie nr. 14, 20), ter vervanging van nr.14 arch. Gys, 1900, nr. 16 arch Albert Huvenne, 1900, nr. 18, arch. Henri Wartel en nr. 22 van 1892.
Niet geselecteerde nr.: 4: huis in neoclassicistische stijl, 1877; 6: huis van 1875, verbouwd in modernistische stijl en opgedeeld in appartementen n.o.v. arch. G. Dewamme, 1944; 15: huis n.o.v. Edouard Parys, 1886 (volgens De Keyser, G.,1996), sinds 1932 eigendom van de Buurtspoorwegen, belangrijke wijzigingen aan gevel en interieur in 1949; 23: oorspronkelijk in ensemble met nr. 21, 1900, bekleed met briketten (1945); 39: huis in neoclassicistische stijl, 1876, gevel bekleed met briketten.
Bronnen
GASG/DS 4: 4279 (1877); 5-7: (1891); 6: 3348 (1875);14: 57 (1902) 15: (1899);16: 2288 (1900); 18: 2223 (1900); 22: 3191 (1892); 14-22: 56 (1971), 1973/97 (1973); 23: 2234 (1900); 39: (1876).BERNIER, F., Monographie de Saint-Gilles-lez-Bruxelles, P. Weissenbruch, Brussel, 1904, pp. 49-50.
Publicaties en studies
BERNIER, F., Monographie de Saint-Gilles-lez-Bruxelles, P. Weissenbruch, Brussel, 1904, pp. 49-50.
Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, Etterbeek, Archives d'Architecture Moderne, Brussel, 1980-1982, fiche 55.
VAN DER HERTEN, B., ORIS, M., ROEGIER, J. (o.l.v.), Nijver België: het industriële landschap omstreeks 1850, MIM Orteliusfonds - Gemeentekrediet van België, Deurne - Brussel, 1995, pp. 294-295.