Florisstraat

De Florisstraat verbindt het Colignonplein met de Gallaitstraat en kruist de Vondelstraat.

De twaalf meter brede straat werd aangelegd op vraag van en op de terreinen van de Compagnie Immobilière de Belgique, alsook van een zekere Tison, tussen de toenmalige Koninklijke Sinte-Mariastraat en Gallaitstraat. De aanleg van de straat werd goedgekeurd tijdens de gemeenteraadszittingen van 25.03 en 10.06.1879 en bekrachtigd bij K.B. van 22.08.1879. Enkele jaren later verloor de straat haar eerste nummers toen ze werd aangesloten op het Colignonplein, dat werd aangelegd op het traject van de Koninklijke Sinte-Mariastraat volgens een plan getekend door gemeentelijk ingenieur Bouchez en bekrachtigd bij K.B. van 20.04.1882.

Zoals veel andere straten van de wijk is ze vernoemd naar een kunstenaar, de schilder Frans Floris, pseudoniem van Frans de Vriendt (Antwerpen, ca. 1516–1570).

De residentiële staat werd hoofdzakelijk bebouwd tussen 1887 en 1902, met burgerhuizen, meestal in neoclassicistische stijl, zoals nr. 29, 31 en 33 (1888) of 49 (1889), soms in eclectische stijl, zoals nr. 51-53 (1896). Verscheidene huizen werden door eenzelfde architect ontworpen, zoals het geheel uit 1888 gevormd door nr. 32, 34, 36, 38, 40, 42, 44, 46, 48, 50, 52, 54, 56, 58 en 60, ontworpen i.o.v. aannemer Camille Simoens. Zo ook hadden in het eerste straatdeel nr. 9 tot 19 (zie nr. 15 tot 19) en 10 tot 26, gebouwd tussen 1887 en 1889, allemaal als opdrachtgever gemeentelijk ingenieur Bouchez, die de plannen voor de wijk van het gemeentehuis ontwierp. Veel huizen werden in de loop der jaren verbouwd.