Onderzoek en redactie

2007-2009

 

Bekijk de weerhouden gebouwen
Rechtlijnige straat van het Marsveldplein naar het kruispunt met de Parijsstraat, Londenstraat en Elzas-Lotharingstraat. In de lengterichting is ze verdeeld tussen het grondgebied van Brussel (pare kant) en dat van de gemeente Elsene (onpare kant). Op Elsene wordt ze doorkruist door de Edinburgstraat en de Napelsstraat die ze verbindt met de Waversesteenweg.

Zij maakt deel uit van de straten die aangelegd werden bij de geleidelijke stedenbouwkundige ontwikkeling van de voormalige Faubourg de la porte de Namur [voorstad van de Naamsepoort], na de ontmanteling van de vesten van Brussel op het einde van de 18e eeuw. De terreinen waarop deze stonden werden genivelleerd en verkocht en voor het grootste deel opnieuw in gebruik genomen als landbouwgrond. De terreinen links van de Waversesteenweg bleven lang gespaard van verstedelijking. Met uitzondering van een villa en twee pachthoeven bevonden zich hier tot aan de afspanning La Rose Blanche alleen maar tuinen en zandgroeven.

De straat herneemt gedeeltelijk (ongeveer tot aan de Napelsstraat) de bedding van de oude weg die langs de buitenkant van de omwalling liep (links van de Naamsepoort) –de ‘Chemin aux Décombres' (de Bouge, Brussel, 1823). Haar naam verwijst naar de voormalige militaire functie van het terrein die zelfs na de ontmanteling van de vesten bleef voortbestaan. Net als die van de Esplanadestraat, verwijst de naam van de Marsveldstraat naar het voormalige militaire oefenplein dat de Esplanade werd genoemd, een terrein buiten de voormalige omwalling, vlakbij de Naamsepoort.
Door de aanleg van de grote lanen vanaf 1829, werd de artillerieoefeningen op deze plaats onmogelijk. De Esplanade was toen lange tijd braakliggend terrein, tot het in 1851 door de stad Brussel werd geannexeerd (K.B. van 23.08.1851). Daarop werd de grens tussen Brussel en Elsene vastgelegd in de lengte van de Marsveldstraat en de Esplanade. In deze zone verschenen talrijke gebouwen en werden nieuwe straten aangelegd, waaronder de Marsveldstraat.

Op Elsene (onpare kant) staan vooral gebouwen, meestal in neoclassicistische stijl, van de tweede helft van de 19e eeuw, waarvan het merendeel werd verbouwd (onder meer inrichting van handelsruimte op de benedenverdieping). Eén van deze gebouwen is een voormalig herenhuis met neoclassicistische inslag dat in 1882 werd verbouwd door architect Henri Maquet – die er tevens de ontwerper van zou kunnen zijn (zie nr. 5). Rond 1920 werd het gebouw verworven door de Mission méthodiste Évangélique, die achteraan een tempel liet bouwen.
Op de hoek van de Marsveldstraat en de Napelsstraat verrees in 1907 het gebouw van de Société Financière de Transport et d'Entreprises industrielles (architect Georges Dhaeyer) waarvan thans alleen de gevel in eclectische stijl met elementen in renaissancestijl is bewaard (Marsveldstraat nr. 23-25 – Napelsstraat nr. 38-40). Het interieur werd in 2000 gesloopt en volledig hernieuwd (architectuurbureau ASSAR).

Op het grondgebied van Brussel (pare kant) is de oude bebouwing volledig verdwenen en vervangen door kantoorgebouwen.

Bronnen

Archieven
GAE/OW Historique des rues (1925); GAE/OW 63.
GAE/DS 23-25: 62-25; 236-38.

Publicaties en studies
GONTHIER, A., Histoire d'Ixelles, Le Folklore Brabançon, Impr. De Smedt, Brussel, 1960, pp. 116-124.
GUILLAUME, A., MEGANCK, M., et al., Atlas du sous-sol archéologique de la Région de Bruxelles:15 Ixelles, Brussel, 2005, p. 44-46.
Ixelles, Ensembles urbanistiques et architecturaux remarquables
, ERU, Brussel, 1990, pp. 57-58.
LE ROY, P., Monographie de la commune d'Ixelles, Imprimerie Générale, Brussel, 1885, pp. 201-203.

Kaarten / plannen
DE BOUGE, Plan topographique de la Ville de Bruxelles et de ses faubourgs, publié pour 1823, Brussel, 1823.