Onderzoek en redactie
1989-1994
Bekijk de weerhouden gebouwenVan Vlaamsesteenweg naar Fabrieksstraat.
Eertijds lange, smalle gebogen straat, die het tracé volgde van een middeleeuwse vooruitgeschoven verdedigingswal. Deze zogenaamde parva fossata of cleyne vesten werden ca. 1300 opgeworpen ter versterking van de westflank van de eerste stadsomwalling (11e-13e eeuw). Voor het gedeelte tussen de Overmolen (huidig Fontainasplein) en de Driesmolen (huidig Bloemenhofplein) werd een bestaande waterloop tot verdedigingsgracht uitgediept, de latere Zespenningenstraat. Hogerop, tot de Vlaamsesteenweg, bestonden de kleine vesten uit een aarden wal met gracht, de latere Papenvest. Ter hoogte van de Vlaamsesteenweg bevond zich de Verloren Costpoort, wederopgebouwd in 1463-1464 en na brand gesloopt in 1727, met de middelste brugge of Philipsbrugge. Ten noorden omgordde een natuurlijk moerasgebied het Groot Begijnhof. De kleine vesten verloren nog vóór het einde van de eeuw hun defensieve functie door de voltooiing van de tweede stadsomwalling (14e eeuw).
De Paepen Vesten, ook gekend als de Papengrecht of Chartroisengrecht, werd begin 17e eeuw, mogelijk ca. 1617, drooggelegd en verkaveld. In 1627 werden verschillende eigendommen door de stadsmagistraat aangekocht voor de heraanleg van de straat, die in 1639 werd geplaveid. Het laatste straatgedeelte voorbij de Onze-Lieve-Vrouwstraat werd pas in 1820 door het terrein van de gesloopte kartuizerskerk getrokken en aanvankelijk Sint-Brunostraat genoemd. Het noordelijk straatgedeelte, reeds onderbroken door de verlenging van de Antoine Dansaertstraat (1898-1899), werd aan de oostzijde verbreed bij de aanleg van de Léon Lepagestraat na 1912. Het zuidelijk straatgedeelte werd aan de westzijde over de ganse lengte gesloopt voor de bouw van het complex Papenvest van De Brusselse Haard, een groep van vijf vrijstaande sociale woonblokken van negen bouwlagen (Groep Structures, 1964-1966).
Sterk versnipperde straatwanden met heterogene bebouwing. Afwisseling van oude kernen en weinig opvallende neoclassicistische woningen uit de eerste helft van de 19e eeuw zoals op nr. 11-13, 15, 35 en 39 in het eerste straatgedeelte; hogerop ook nr. 62 en 145.
Toegangspoort tot de Ooievaarsstraat tussen nr. 19-21 en 23.