Vuurkruisenlaan 301

Opbrengsthuis in art decostijl met invloed van de pakketbootstijlArchitectuurstijl uit interbellum en geïnspireerd op de gestroomlijnde pakketbootesthetiek (boegvormige volumes, patrijspoorten, enz.), naar ontwerp van architect Louis Tenaerts, 1937. Gesigneerd op het afsluitmuurtje “L. TENAERTS / architecte”.

Deze architect ontwierp ook de vier aanpalende gebouwen voor verschillende eigenaars: nr.299, 303 (zie dit nummer) en 309 (zie dit nummer) in datzelfde jaar, nr.305 in 1939.

Opstand van drie bouwlagen onder dakterras. Beraapte gevel versierd met elementen in kunststeen. Lagere benedenverdieping met twee garagepoorten rond een terugwijkende voetgangersingang onder platte luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak.. Stijlen versierd met holronde bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen)., geprofileerd rond de voetgangersingang. Twee ongelijke traveeën op de verdiepingen. Links, brede vensters die aan de rechterkant worden verbonden door een met zwarte keramiek beklede pilasterPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die tot in het dak doorloopt, onder een gebeeldhouwd topstuk dat twee vogels voorstelt. Attiekmuurtje met fijn traliewerk. Rechts, traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met drie oculiKlein rond, ovaal of polygonaal venster. met spuwerUitmonding van een goot of waterbekken waarlangs overtollig water wordt afgevoerd.; de extra bouwlaag vormt een muurscherm voor het terras. Dekplaat in keramiek. Oorspronkelijke toegangsdeur met getralied raam.
Tuintje afgesloten door een beraapt muurtje waarin zich vroeger metalen poortjes bevonden.

Vierkant centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. tegen de rechter gemeenschappelijke tussenmuur, doorlopend  tot in het dak, in een volume onder plat dak.