Typologie(ën)

opbrengsthuis
loods

Ontwerper(s)

Stijlen

Art deco

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2019

id

Urban : 39754
lees meer

Beschrijving

Opbrengstpand en entrepot in art-decostijl, ontworpen voor meubelfabrikant H.Michiels, 1928.

Gebouwen van vijf bouwlagen, met bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel en elementen in witsteen, het geheel thans beschilderd.

Op nr.15, opstand met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. Deur onder trapezoïdale luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. en impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.. De meeste onderdorpels zijn trapezoïdaal. Vensters op de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. onder getande latei en een verdiepte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met een geometrisch decor van panelen. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. over twee bouwlagen, onder een terras en op lampet, geritmeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., waarvan één centrale die door de muuropeningen wordt onderbroken. In de laatste twee bouwlagen, inspringende travee onder gekanteelde friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…).. Muuropeningen met dubbele tandlijst, in de laatste bouwlaag met Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt.. Traliewerk van het keldervenster en borstweringen in smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… met geometrisch ontwerp. Oorspronkelijke kroonlijst. Schrijnwerk vervangen.

Op nr. 17, imposant gebouw onder plat dak, met vier symmetrische traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. Op de benedenverdieping, mijterboogvormige muuropeningen, waaronder drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gescheiden door pilasters met enkele of dubbele groef. Op de verdiepingen, centrale bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. over twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker.. De zijtraveeën worden geflankeerd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met groeven, de uiterste met geometrisch kapiteel. Het oorspronkelijk plan voorzag in een entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met een friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met de opschriften “MEUBLES / MICHIELS / MEUBLES” en een geometrische bekroning in witsteen. Schrijnwerk vervangen; inrijpoort vroeger in smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen….

Interieur.
Oorspronkelijk, grote plateaus met een structuur van portieken1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. op centrale pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…). Vooraan, woning met één vertrek over de hele diepte op de verdiepingen, toegankelijk via het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. op nr. 17.



Bronnen

Archieven
GAA/DS
 20969 (06.07.1928).