Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1875-1900

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Sint-Joost-ten-Node (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 10432
lees meer

Beschrijving

Burgerhuis van neoclassicistische inspiratie uit XIX d. Drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. (pannen).

Bepleisterde lijstgevel op arduinen plint met keldervensters, horizontaal geleed door schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op begane grond en kordonvormende lekdrempels op verdiepingen. Rechthoekige muuropeningen. Middenrisaliet op verdiepingen ingeschreven tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met paneelversiering; bel-etage met centraal balkon waarvan de met metselwerk opengewerkte leuning verderloopt over de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de zijtraveeën. In de derde bouwlaag panelen op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). boven centraal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. versierd met druiventrossen, cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd., volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., ranken en eierlijstenOrnament; bolle lijst waarin afwisselend eivormige en pijlachtige figuren zijn uitgesneden of gehouwen.. Casementenfries met steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel., onderbroken ter hoogte van de middentravee door twee voluutconsoles die een gekorniste kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst en modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst. dragen.

Interieur: originele beschilderde stucplafonds en schouwen.