Residentie Rose Marie

Modernistisch appartementsgebouw ,waarvan de bouw eind 1938 begon ,op een terrein dat werd aangekocht van de gemeente Schaarbeek.

Gevel in granito. Acht bouwlagen onder plat dak en vijf symmetrisch verdeelde traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). In het midden, toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met een ronde gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. versierd met horizontale lijsten, onder een attiekmuurtje met daarop de naam van het gebouw, “Rose-Marie”. Op de benedenverdieping vormt de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. een portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. gedragen door vier geringdeVoorzien van een fijne, horizontale band. zuilen, waaronder twee halfzuilenZuil die met het muurwerk verbonden is, maar slechts over de halve dikte uitspringt.. Zijtraveeën behandeld als voorbouw die aan de uiteinden is afgerond, bekroond door een terras voor de laatste bouwlaag. Op de attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw. , buisreling met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Sokkel, borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de benedenverdieping en tuinmuurtje bekleed met zwarte en vergulde keramiektegels. Deur en ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. bewaard. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. grotendeels vervangen.

Verzorgd decor in de hal, met parementGevel- of muurbekleding. in grijs en rood marmer en met een fontein. Bewaarde Schlierenlift in open schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. .