Recherches et rédaction

2016-2019

 

Voir les biens de ce lieu repris à l'inventaireDe Van Volxemlaan is een lange en brede verkeersweg van bijna 2 km, die start aan het kruispunt van de Brusselse Steenweg, de Zamanlaan en de Ukkselse laan en eindigt in het verlengde van de Fonsnylaan, ze verbindt het centrum van Vorst met de Zuidwijk en het station en loopt over haar volledige lengte evenwijdig met de spoorweg naar Luttre – Charleroi.

Het grootste stuk van de laan bestaat uit een recht tracé met dubbele rijbaan gescheiden door een middenstrook met bomenrij en tramlijn. Talrijke verkeerswegen kruisen de laan waaronder de grootste het kruispunt met de Guillaume Van Haelenlaan en de Brits Tweedelegerlaan en deze met de Wielemans-Ceuppenslaan en de Luttrebruglaan.

Het laatste stuk van de laan waar de de Mérodestraat en de Alfred Orbanstraat op eindigen en dat net voorbij de Belgradostraat reikt, is licht gebogen met gelijkaardige indeling als het eerste stuk.
Vanaf nrs. 473 en 420, 422-426-432 is de laan smaller, en enkel langs de onpare zijde bebouwd, langs de pare zijde bevindt zich de spoorlijn.

De laan werd genoemd naar de bekende Vorstse familie van industriëlen, waaronder Jean-Baptiste Van Volxem (1760-1850), die lid was van de gemeenteraad en kort na de Franse Revolutie een groot aantal terreinen op grondgebied van Vorst verwierf van de abdijen van Vorst en Ter Kameren. Diens kleinzonen Jules (1822-1893) en Albert (1835-1877) stichtten in 1874 de Société Civile Immobilière de Forest (ook gekend als de Compagnie Van Volxem) die de gronden, waaronder deze langs de Van Volxemlaan, geleidelijk aan verkavelden en verkochten.

De laan werd in 1874 aangelegd als privé initiatief van de Société Civile Immobilière de Forest en goedgekeurd volgens K.B. van 02.05.1874. Het project paste binnen het algemeen plan van de nieuwe wijk rond het Zuidstation (1863) die de ontwikkeling van de randgemeentes rond Brussel voorzag. De laan werd getekend op het plan van het Zuidpark en zijn villawijk, n.o.v. Victor Besme in 1875. De Société financierde de wegenwerken die volgens de overeenkomst van 19.04.1892 nog in hetzelfde jaar afgewerkt moesten worden zodoende er een tramweg te kunnen installeren.

Een van de eerste gemeentelijke scholen werd rond 1890 in de laan gecreëerd. Deze school, nr. 2, werd voorzien voor 60 meisjes en 60 jongens wonende in de laan en de Luttrebrugwijk.

Langs de onpare zijde van de laan bevindt zich vooral residentiële architectuur al dan niet met een commerciële benedenverdieping of een atelier achteraan het perceel, terwijl de pare zijde, die grenst aan de spoorlijn, veeleer uit industriële gebouwen bestaat van kleine ateliers tot grote industriële gehelen. Zo vertoont de architectuur langs de laan zeer diverse afmetingen en volumes. De gebouwen worden grotendeels opgericht in twee fasen, de eerste en meest productieve periode tussen 1891 en 1914 en de tweede tijdens het interbellum.

De burgerhuizen uit de eerste bouwperiode vertonen verschillende stijlkenmerken waaronder de neoclassicistische woningen op nr. 509 (1891), 511 (1878) en 287 (1894) en deze in eclectische stijl, soms met neogotische of art-nouveau invloeden. Zo citeren we het ensemble nr. 33, 35 van architect F. Timmermans, 1907, nr. 39 t.e.m. 45 van architect Jules Munster (1909 en 1924, zie nrs.), nr. 121 n.o.v. architect Louis Berden, 1901 en de enfilade nr. 279 t.e.m. 283 (1895). Op nr. 187 liet de befaamde beeldhouwer Victor Rousseau in 1895-1901 zijn kunstenaarswoning bouwen met een atelier (zie nr.).

De brouwerij Wielemans-Ceuppens installeerde zich in 1879 als eerste industriële activiteit op een groot perceel aan de hoek van de Luttrebruglaan. Zij bouwden een reeks gebouwen in de meest innovatieve en moderne architectuur waaronder de brouwzaal van architect Adrien Blomme, 1930 (zie nr. 354, 356-370, 364-366-372).
Deze brouwerij zowel als de nabijheid van de spoorlijn, trok een groot aantal andere, zeer diverse industriële activiteiten aan in de laan waaronder de wasserij La Grande Blanchisserie (zie nr. 164-166), de stokerij Dumont frères (zie nr. 400-402), de kunstsmederij Ferronnerie d’Art François Alexandre (zie nrs. 256, 258 en 260-262) en de bronsfabriek op nr. 314 (1898). Opvallend zijn de talrijke schoenfabrieken die zich langs de laan vestigden; onder ander op nr. 8 (zie dit nr.), Luxor op nr. 435 (zie nr.) en Martin op nr. 170 (1899). De grootste van deze fabrieken is Frans Fils waarvan de voorgevels werden gebouwd door architect François Van Meulecom in 1927 en 1940 (zie nr. 302-302a-304).

Tijdens het interbellum werd veelal de eclectische stijl van de eerste woningen in de laan behouden, zo citeren we het burgerhuis op nr. 46 met Beaux-Arts elementen (zie nr.) en deze op nr. 65-67 met art-deco invloeden (zie nr.). Voorbeelden van de industriële architectuur zijn de schoenfabriek Manufacture de Pantoufle op nr. 77, 79 (1924) en de Savonnerie Moderne City van architect Merchez Ducarme, 1941 (nr. 316).

Op de blinde muur van de opbrengstwoning nr. 432 bevinden zich vier reclamepanelen in keramische tegels van verschillende producten van de brouwerij Wielemans-Ceuppens: zo behoort Wiel’s tot de meest populaire pils, is Navy’s een speciaal bier behorende tot de Ale variëteiten en is Meudon een limonade. Deze locatie op een muur, duidelijk zichtbaar voor zowel de spoorlijn als de laan, was strategisch zeer goed gekozen. Het werd aangebracht tussen 1945 en 1970.

Sources

Archives
GAV OW dossier 98.
GAV/DS 33 en 35: 4221 (1907); 77-79: 4128 (1908), 8370 (1924), 11684 (1932); 170: 1437 (1899), 6860 (1920), 6869 (1920), 7418 (1922), 12830 (1935), 13381 (1937), 14259 (1942), 17753 (1956), 17875 (1961), 18261 (1962); 121: 1841 (1898), 17846 (1960); 279-283: 987 (1895), 15045 (1948); 287: 932 (1894), 974 (1895), 5482 (1911), 6202 (1913); 314: 1395 (1898), 5043 (1909), 10837 (1930), 12647 (1935); 316: 1223 (1897), 4093 (1906), 6931 (1919), 12406 (1934), 14101 (1941), 14333 (1943), 14446 (1944), 17189 (1957); 509: 749 (1891), 8439 (1925); 511: 294 (1878), 20788 (2000).
CULOT, M. [dir.], Forest. Inventaire visuel de l'architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980-1982, fiche 1, 7, 8, 9, 12, 13, 40, 42, 43, 47, 63, 64, 65, 79, 82.

Ouvrages

HUSTACHE A., Forest, CFC-Éditions, Brussel, 2001 (coll. Guide des communes de la Région bruxelloise), pp. 32-41.
VAN LIL, A., Wegwijs te Vorst, Brussel, 1981, p. 84.
VERNIERS, L., Histoire de Forest-lez-Bruxelles
, A. De Boeck, Brussel, 1949, pp. 205-206, 249, 300.
VOKAER, J.P., Par les rues de Forest. Etude sur la toponymie locale, Brussel, 1954, pp. 68, 86.