Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1699

Pierre WINCQZSteenkapper1699-1728

J. SEGERSarchitect1906-1907

Félix COOSEMANSbeeldhouwer1907

A. GILLISbeeldhouwer1896-1899

Juridisch statuut

Beschermd sinds 19 april 1977, 22 september 1994, 07 november 2002, 20 mei 2010

Stijlen

Barok

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 31129
lees meer

Beschrijving

Diephuis met verhoogde halsgevelGevel waarvan de geveltop rechthoekig is en geflankeerd wordt door (gebeeldhouwde) vleugel- of klauwstukken., drie bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder geknikt zadeldakDak met twee hellende dakvlakken..

Mooie laat-barokke gevel van zandsteen, gedateerd “1699”. Restauratie in 1906-1907 onder leiding van architect J. Segers, met verwerking van Gobertange, Euvillesteen en hardsteen en vernieuwing van het raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn.; in 1987 reinigings- en instandhoudingswerken door de Stad Brussel.

Gevel getypeerd door platbanddecoratie, met horizontale geleding door middel van druiplijsten en kordonsUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. in uiterste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) verlevendigd met cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd., uitgevoerd door beeldhouwer Félix Coosemans (1907). Voluutconsoles opgenomen in het geprofileerde kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels. en bekroond met borstbeelden, uitgevoerd door A. Gillis in 1896-1899, hersteld door G. Vanden Berg in 1907, opnieuw hersteld (1987): v.l.n.r. het Vuur, de Hop, Gambrinus Koning van Beieren, het Koren en het Water.

Grote Markt 12A en Hoedenmakersstraat 2-4, De Koning van Beieren (foto 2022).

Door druiplijsten en platbanden gelede geveltop: spiegelboogvormige centrale venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen ovale oculiKlein rond, ovaal of polygonaal venster. onder gebogen waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. in eerste geleding; borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. waarop jaartal 1699 onderbroken voor de balustradesHekwerk van spijlen of balusters.; rond oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. in tweede geleding. Afwerking met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., bolornamenten en bekronend boogfronton. AfgeschuindeSchuine vlakke kant aan een houten of stenen bouwonderdeel. sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. op benedenverdieping. Barokke rondboogdeur met steenhouwersmerk, te identificeren met P. Wincqz (1635-1728; Feluy): geringdeVoorzien van een fijne, horizontale band. omlijsting met voluutsluitsteen, booglijst en gestrekte druiplijst; getoogdBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. tussen cantonnerende volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., onder gebogen waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. met rechte aanzetten.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 57615 (1906-1907); AA, 1906, rep. 6320; NPP, B 10.

Websites
BALat KIK-IRPA