Typologie(ën)
Ontwerper(s)
Ed. L. TIMMERMANS – architect – 1926
Stijlen
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Huis in laat-eclectische stijl n.o.v. arch. Ed. L. Timmermans, 1926.
Vier bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Lichtgekleurde bakstenen gevel met hardstenen elementen. Handelsruimte met brede winkelpui en inrijpoort tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en onder doorlopende I-balkIJzeren latei met I-profiel.. Op verdiepingen, getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Bronnen
Archieven
GASG/DS 295 (1926), 4 (1927).